Wij maken een onderscheid tussen methodegebonden toetsen en niet-methodegebonden toetsen. Methodegebonden toetsen zijn onderdeel van een methode en toetsen het effect van ons onderwijs meteen nadat we een hoofdstuk of leerstofblok hebben behandeld. Groepsleerkrachten kunnen hiermee hun onderwijs direct afstemmen indien nodig. Niet-methodegebonden toetsen zijn landelijke toetsen die kunnen aangeven hoe onze leerlingen op een bepaald vakgebied presteren vergeleken met een landelijk gemiddeld. Zij toetsen het lange termijn effect. Deze toetsen worden digitaal verwerkt in een Leerlingvolgsysteem (LVS). Wij maken hiervoor gebruik van de LIB-toetsen (leerling in beeld). De opbrengsten van deze toetsen noemen wij de tussenopbrengsten. Na het afnemen van deze toetsen (januari en juni) wordt er samen met het team bekeken wat de tussenopbrengsten zijn geweest van ons onderwijs. Deze resultaten worden met het team geanalyseerd op schoolniveau en daar waar nodig kunnen er schoolbreed aanpassingen worden ingevoerd. Na de schoolanalyse volgt per groep een groepsanalyse door de groepsleerkracht die wordt besproken met de kwaliteitscoördinator in de groepsbespreking. Hieruit kunnen aanpassingen op groepsniveau voortkomen. Na de groepsanalyse kunnen er leerlingen bij de kwaliteitscoördinator worden gemeld voor een leerlingbespreking. De kwaliteitscoördinator zorgt voor het coördineren van het LVS en de leerlingondersteuning. Zij ondersteunt hierbij de groepsleerkrachten en is indien gewenst aanwezig bij besprekingen met ouders en externe instanties.